De laatste grote ronde van dit jaar, de Vuelta, zal komende zaterdag van start gaan vanuit Frankrijk. Voor de derde keer in de geschiedenis is de start buiten Spanje. De laatste keer dat dit gebeurde, dateert uit 2009, toen het TT-circuit van Assen het strijdtoneel was van de proloog. En al staat hij fier op de foto, Samuel Sanchez kon toch niet van het verboden spul afblijven en is er niet bij.

Starten in Nîmes
Dit jaar dus in Frankrijk, in Nîmes om precies te zijn. Om half zes in de middag zal het eerste team van het startschavot afrollen voor de ploegentijdrit. Een tijdrit over 13,7 kilometer rondom de stad Nîmes zal bepalen welke renner de eerste rode trui om zijn schouders krijgt. De tweede etappe zal er een zijn voor de sprinters mits het peloton niet in waaiers uiteen valt. De etappe gaat voor een groot deel langs de kust bij Montpellier. Daar zou de wind dus een grote rol kunnen spelen en wellicht dat sprinters (of misschien wel klassementsrenners) hier op achterstand raken. Etappe drie zal vanaf het vertrek bergop gaan. De Col de la Perche is de eerste echte beklimming in deze Vuelta. Een klim van de eerste categorie. Wanneer de renners de grens met Andorra zijn gepasseerd volgen er nog twee klimmen. Één van de eerste categorie en één van de tweede categorie. Renners met ambities voor de bolletjestrui kunnen hier al de nodige punten bijeen fietsen. Daarnaast zullen de klassementsrenners in elk geval bij de les moeten zijn om niet hier al een achterstand op te lopen.

Tijdens etappe vier passeren de renners voor de laatste keer de grens en vanaf dat moment blijven we op Spaans grondgebied. In deze etappe, die in dalende lijn richting de kust loopt, zullen de renners een klim van derde categorie voor de wielen krijgen. Na deze klim is het nog ruim 50 kilometer tot de streep, dus de kans dat de sprinters dit overleven lijkt me vrij groot. Tot en met de rustdag, na etappe negen, zullen de sprinters hoogstwaarschijnlijk niet meer aan bod komen. Met sterk glooiende ritten lijken de klassieke renners in het voordeel. Of misschien krijgen de vluchters hier wel de ruimte. Misschien dat de sprinters nog een kleine kans hebben om in etappe zeven hun snelheid te tonen, maar dan zullen ze wel een venijnig klimmetje moeten overleven op zo’n 15 kilometer voor de meet. Over venijnige klimmetjes gesproken: etappe vijf en negen eindigen bovenop korte maar pittige klimmetjes.

Klimmen geblazen in week 2
In de tweede week is het, uitgezonderd etappe dertien, elke dag klimmen geblazen. Elke dag staan er een of meerdere klimmen op het programma. Ook in etappe dertien, echter is dit een klim van derde categorie in het begin van de etappe. De overige etappes bevatten allemaal één of meerdere klimmen van categorie twee of zwaarder. Hoogtepunt is etappe 15, waarbij de eindstreep is getrokken op de Sierra Nevada. Een klim die veel Nederlandse renners goed moeten kennen gezien de hoogtestages die veel renners hier afwerken.

De enige individuele tijdrit vindt plaats op de dag na de tweede rustdag. Etappe 16 is een nagenoeg vlakke tijdrit over 40,2 kilometer. Daags na de tijdrit zal de aankomst bovenop ‘Los Machucos’ zijn. Nog voor de Vuelta is begonnen heeft deze berg al de nodige aandacht opgeëist dankzij ongekende stijgingspercentages. De twee etappes die daarop volgen hebben wederom een hoogteprofiel dat oogt als een klassieker. In beide etappes zitten vier beklimmingen, waarbij etappe 18 bergop finisht. De laatste etappe waarin het klassement nog kan worden gewijzigd is de 20e. Met twee beklimmingen van de eerste categorie én finish bovenop de Angliru is er kans dat er nog verschuivingen plaatsvinden. De laatste etappe is de traditionele vlakke etappe naar en door Madrid. Na een aanloop van 73 kilometer, volgen er negen plaatselijke rondes door het centrum van Madrid. Gegarandeerd sprinten! Al vraag ik me af hoeveel sprinters er dan nog in het peloton rijden.

Gezien de etappes en de hoeveelheid beklimmingen (50 in totaal) is het niet gek dat er weinig tot geen sprinters op de deelnemerslijst staan. John Degenkolb is de enige sprinter van naam. Echter heeft hij, met zijn capaciteiten als klassieker renner, meerdere kansen deze Vuelta. Voorspellingen voor de bollentrui zijn erg lastig. Gezien de vele beklimmingen bestaat de kans dat een van de klassementsrenners deze ‘en passant’ verovert. Al bestaat er ook de kans dat een vluchter zich hier op gaat richten. Thomas de Gendt bijvoorbeeld.

Kanshebbers voor de overwinning
Voor de eindoverwinning kan het een mooie strijd worden met veel uitdagers. Quintana, de winnaar van afgelopen jaar, ontbreekt. Na zijn overwinning in de Tour lijkt Chris Froome één van de grootste favorieten. Alberto Contador heeft zijn afscheid aangekondigd en zal natuurlijk proberen met een hoogtepunt af te sluiten. Uit Italiaanse hoek kan er worden gekeken naar Fabio Aru en Vicenzo Nibali en uit Frankrijk is Romain Bardet zeker een podiumkandidaat. Uit ons eigen kikkerlandje staan Wilco Kelderman en Steven Kruijswijk met klassementsambities aan de start. Naast deze namen zal er ook rekening gehouden worden met mannen als de gebroeders Yates, Rafael Majka, Ilnur Zakarin en Domenico Pozzovivo. Wie weet is Chris Froome toch wat vermoeid en zal Wout Poels een rol van betekenis kunnen spelen in het klassement.

Naast de bekende World-Tour ploegen, zijn er een aantal kleinere ploegen: Caja Rural, Aqua Blue Sport en Manzana Postobon. Ploegen waarvan het ook wat lastiger is om in te schatten waartoe hun renners in staat zijn. Hopelijk kunnen renners uit deze ploegen lekker vrij uit koersen en op die manier voor verrassingen zorgen. Bij Manzana Postobon is er wel een bekende naam. De Nederlander Jetse Bol rijdt sinds dit seizoen voor de Colombiaanse formatie en zal ook zaterdag van start gaan.

meer info kan je vinden bij La Vuelta