Daar komt het ongeveer op neer als je bedenkt dat Bjarne Riis in zijn fietsloopbaan zo’n 130.000 euro heeft besteed aan doping. Dit gaf hij toe in zijn nieuwe biografie.
Want zeg nou zelf, zonder doping zou Riis de Tour de France niet hebben gewonnen, zou hij niet als zodanig in de schijnwerpers hebben gestaan en zou hij hoogstwaarschijnlijk niet als ploegleider van een wielerteam aan de slag hebben kunnen gaan. Zijn naam als winnaar van de Tour de France in 1996 is later geschrapt omdat hij later (ruim 10 jaar later zelfs) had toegegeven doping te hebben gebruikt.
Wie zou er dan eigenlijk hebben gewonnen? Wie was er 2e in de tour van 1996? Nou…? Jan Ulrich! Hey, kennen we die ook niet van de doping. Om het dan eerlijk te maken zal nummer 3 eigenlijk de winnaar moeten zijn. En dat is Richard Virenque. Ach dat is waar ook, die fietste ook met doping in zijn carrière. Wie was 4e dan; Laurent Dufaux, ook geschorst wegens doping in zijn carriere. Dan zou dus de “eerlijke” (voor zover dat te bepalen is) winnaar Peter Luttenberger zijn. Wie zegt u?
De uitkomst: Peter Luttenberger is een relatief onbekende renner gebleven. Jan Ullrich wordt alom gehaat door het doping gebruik, Richard Virenque wordt door het Franse publiek geadoreerd en Bjarne Riis is een geslaagd ploegleider. Wat maakt de ene dopinggebruiker nou anders dan de andere, blijft vreemd, het hele doping verhaal.