Elk jaar stoppen er renners. Een contractverlenging zit er niet in, een ploeg stopt ermee of een renner maakt zelf de bewuste keus om te stoppen. Nu gaan we echt niet over elke stoppende renner een bloemlezing houden, maar in sommige gevallen is een renner dat toch wel waard. Een van die renners die het in mijn optiek zeker waard is, is Fabian Cancellara. Afscheid nemen met een Olympische (tijdrit)titel, dat zijn er weinigen gegeven. Een renner die ik altijd graag zag fietsen en waar ik voor kon juichen in het voorjaar.
Ruim drie jaar geleden las ik al zijn biografie en op dat moment was zijn palmares al indrukwekkend. In de laatste drie jaren is daar echter nog wel een en ander bijgekomen. Zo wist hij ‘de Ronde’ in 2014 nog eens te winnen en haalde hij ere plaatsen in Parijs-Roubaix en Milaan-San Remo. In 2015 verliep het jaar minder prettig voor ‘de Beer van Bern’. Uit de Tour de France vallen in de gele trui is misschien wel een van de pijnlijkste dingen die je als renner kan meemaken, het gebeurde Fabian Cancellara in dat jaar. Twee gebroken ruggenwervels lieten het niet toe dat hij in etappe drie nog op kon stappen. Twee gebroken ruggenwervels deden zijn voorseizoen ook al in duigen vallen toen hij in E3-Harelbeke het asfalt van dichtbij zag. De Vuelta en aansluitend het WK in Richmond moest hij ook (vroegtijdig) een streep doorzetten i.v.m. een infectie aan de darmen. In die periode gaf Cancellara ook aan dat 2016 zijn afscheidsjaar zou worden.
En wat voor afscheidsjaar werd dat. Nog een keer alles op alles met als gevolg winst in de Strade Bianche en wederom een ereplek in de ronde van Vlaanderen. Naast de klassiekers deed Cancellara weer van zich spreken in de wedstrijden tegen de klok met als hoogtepunt zijn tweede Olympische titel.
Zijn laatste officiële wedstrijd was tijdens het afgelopen criterium in Japan. Geen rugnummers meer voor ‘Spartacus’. Overigens is Cancellara ook een graag geziene gast zonder fiets. Altijd in voor een praatje en netjes in woord en gebaar. Geliefd onder renners en ik ken weinig wielerliefhebbers die hem geen warm hart toe dragen. Dit zelfde geldt voor zijn collega’s. Dat blijkt wel uit de leidende rol die hij regelmatig in het peloton als patron had tijdens de grote koersen.
Palmares
4x UCI TT World Championships Men (’10, ’09, ’07, ’06)
3x Ronde van Vlaanderen (’14, ’13, ’10)
3x Paris – Roubaix (’13, ’10, ’06)
2x Olympic Games Time Trial (’16, ’08)
7x etappe Tour de France (’12, ’10, ’09, ’07, ’04)
3x E3 Harelbeke (’13, ’11, ’10)
11x etappe Tour de Suisse (’16, ’11, ’10, ’09, ’08, ’07, ’03)
1x Milano-Sanremo (’08)
3x Strade Bianche (’16, ’12, ’08)
2x Nationaal Kampioen van Zwitserland wegrace Elite (’11, ’09)
10x National Kampioen van Zwitserland TT (’16, ’14, ’13, ’12, ’08, ’07, ’06, ’05, ’04, ’02)
Teams
2016 Trek – Segafredo (WT)
2015 Trek Factory Racing (WT)
2014 Trek Factory Racing (WT)
2013 RadioShack – Leopard (WT)
2012 RadioShack – Nissan (WT)
2011 Leopard Trek (WT)
2010 Saxo Bank (WT)
2009 Saxo Bank (WT)
2008 CSC ProTeam (PT)
2007 CSC ProTeam (PT)
2006 CSC ProTeam (PT)
2005 Fassa Bortolo (PCT)
2004 Fassa Bortolo (TT1)
2003 Fassa Bortolo (TT1)
2002 Mapei – Quickstep (TT1)
2001 Mapei – Quickstep (TT1)
2000 Mapei – Quickstep (TT1)
(bron; Procyclingstats.com)