Als ik Christopher Froome was zou ik me bedenken of ik volgend jaar wel mijn gele trui zou willen verdedigen. Stel je voor dat je een groot deel van de 3000 kilometer die je tijdens de Tour moet fietsen, uitgejouwd, bespuugd en uitgescholden word… en dat er tot slot van rekening iemand het nodig vindt om zijn plas over jouw gele trui heen te gooien. Daar wordt toch wel een grens overschreden.

Pain is for Cyclists
Waar je vroeger als wielerliefhebber eigenlijk constant excuses moest maken voor het alom aanwezig dopinggebruik, daar staat tegenwoordig het schaamrood mij op mijn wangen als ik een gemiddeld bergetappe van het grootste wielercircus op aarde aanschouw. Nu is aanstootgevend en zelfs agressief gedrag langs de weg van alle tijden; in de eerste rondes werden vooral Franse rijders in hun regio gesteund maar over de grens in een ander departement weer van de fiets afgeduwd, of kwam je een bed van spijkers op de weg tegen. En ook de afgelopen jaren vinden toeschouwers dat ze blijkbaar het recht hebben om zich te mengen in de wedstrijd. Natuurlijk is het mooi dat je nu juist bij onze favoriete sport op de huid van atleten kunt zitten. Voor, tijdens en na een etappe is er nauwelijks sprake van hekken, barrières of security die de sporters enige veiligheid moeten bieden. Ik kan me dus voorstellen dat de winnaar van de tour zich nauwelijks nog veilig voelt op zijn Pinarello. Middelvingers, stompen, boe-geroep en misschien nog wel veel meer wat je als TV kijker thuis niet eens meekrijgt, moet Froome doorstaan… en dat terwijl hij een Col op fietst met een snelheid van rond de 20 km/uur…. Over ‘Pain is for Cyclists’ gesproken.

Respect
Wat gaat er door iemand heen die een renner uitjouwt terwijl hij of zij zelf langs de kant van de weg staat? Niet iedereen hoeft wat mij betreft supporter te zijn van de Sky-kopman, maar geef hem wel het respect dat hij als deelnemer van één van de zwaarste sportevents ter wereld verdient. Op zijn eigen manier, geeft hij alles en is hij wel de sterkste van een peloton mannen die allemaal het uiterste van hun lichaam en geest vergen terwijl de meeste toeschouwers zich lekker laten vollopen met Kronenbourg. Het lijkt langs de weg eerlijk gezegd steeds meer op een vak in een voetbalstadion. Nu weet ik wel dat ook daar het grootste deel van bezoekers zich prima vermaakt zonder zich te misdragen, maar iemand anders aanspreken op zijn eigenaardige gedrag gebeurt helaas maar zelden in zo’n omgeving, terwijl de liefhebbers wel vaak in de meerderheid zijn.

De hekken rondom onze geliefde sport worden al steeds talrijker en hoger, en we hebben het aan onszelf te danken. Waar we voorheen een bemoedigende duw omhoog gaven op Alpe D’Huez, daar wordt er nu Bengaals vuurwerk afgestoken voor de neus van renners of krijg je een middelvinger naar je hoofd. De drang van sommige fans om op TV te komen er ‘er een feestje van te maken’, groeit en dus is het ook steeds meer nodig om te laten merken dat een groot deel van de fans niet voor de ander fans komen, maar voor de renners. Zeker nu ook de kopmannen weer meer en meer echte mensen lijken te worden, die ook kapot gaan op een klim en een slechte dag kunnen hebben. Laten we hopen dat de wielersport zichzelf blijft heruitvinden en opschonen en in de tussentijd de zogenaamde fans langs de weg weer de weg terugvinden naar het voetbalstadion zodat we volgende jaar weer van een mooie strijd om het geel mogen genieten.

middelvinger-wielrennen