Om in deze tijd in de fietsenbanden te stappen, kan toch wel een beetje brutaal en dapper genoemd worden. Die specifieke markt is al best wel vol. Maar Pirelli neemt toch de stap en al lijkt het een grote stap, in de praktijk is die toch iets kleiner omdat ze vroeger ook al fietsbanden maakten. In 1895 al, toen de eerste Pirelli fietsband gemaakt werd. Ze zijn een tijdje gestopt met de fietsbanden, maar nu dus weer terug met de P ZERO Velo voor de racefiets.

Even nog kort iets over Pirelli, mocht je er weinig van weten. Sinds 19e eeuw is Pirelli aardig gegroeid. Het heeft 19 fabrieken over de wereld, zo’n 30.000 medewerkers en had in 2016 een omzet van zo’n 6 miljard euro. Dus dat is best wel serieus. Het leuke is dat iedereen het merk wel kent. Het ademt sport en dan met name de motor- en autosport met ondertussen zo’n  350 kampioenschappen in allerlei categorieën. Met als uitschieter op dit moment de Formule 1 waar ze als enige partij de banden leveren. Een beetje autoliefhebber kent de P ZERO’s wel. Maar goed, daarvoor waren we niet in Milaan.

Dat ging om de P ZERO Velo. Die is er in drie uitvoeringen: de “gewone” P ZERO Velo (die intern als RR wordt genoemd), de P ZERO Velo TT en de P ZERO Velo 4s. Waarbij de TT geschikt is voor de tijdrit en de 4s een meer vier seizoenen band is. Kort even wat data over de banden met de verschillende breedtes.

P ZERO Velo
23 mm – 195 gram – 127 tpi
25 mm – 210 gram – 127 tpi
28 mm – 230 gram – 127 tpi

P ZERO Velo TT
23 mm – 205 gram – 127 tpi

P ZERO Velo 4S
23 mm – 205 gram – 127 tpi
25 mm – 220 gram – 127 tpi
28 mm – 250 gram – 127 tpi

SmartNET Silica compound
De basis van een band is natuurlijk de compound. De compound die Pirelli heeft ontwikkeld, heeft de naam SmartNET Silica gekregen. Deze SmartNET Silica bestaat uit nano-deeltjes (heel erg klein dus) die langgerekt zijn in plaats van rond. Hierdoor zit er meer structuur in de ligging van die deeltjes waardoor de rolweerstand beter wordt, maar ook is de band moeilijker te doordringen. Het lijkt qua verhaal een beetje op de grafeen die Vittoria gebruikt. Deze synthetische oplossing hebben ze niet zomaar even in elkaar gemixt. Het compound bestaat uit meer dan 17 elementen. Een leuk detail is wel dat de techneut van Pirelli de deze compound heeft ontwikkeld ook heeft gezorgd voor de diverse compounds waar de Formule 1 auto’s nu mee rijden. In de video helemaal onderaan wordt alles nog een keertje helemaal uitgelegd door Pirelli.

Bij de banden vindt Pirelli een aantal uitgangspunten belangrijk. Rolweerstand, comfort, gewicht, lekbestendigheid, duurzaamheid en grip in het natte. Bij de TT is de rolweerstand en het gewicht belangrijker dan duurzaamheid en dat zie je dan ook terug in de eigenschappen van de band. De 4s gaat juist meer kilometers mee, raakt minder snel lek en heeft meer grip in het natte. De RR heeft van alle eigenschappen het mooiste evenwicht.

Het profiel verschilt ook per band. De TT band is een slick, de 4s heeft steeds drie “flash” symbooltjes uitgesneden in het profiel. De RR band heeft elke keer één “flash” symbooltje uitgesneden. Over de positie en de hoek van de “flash” is over nagedacht en uitvoerig getest. De vorm van de “flash” zelf stond al vast omdat ze die bij de motorbanden al gebruikten. Het is ook niet zo heel gek dat ze zoveel moeite doen om een band te hebben als je nagaat dat het oppervlakte waarmee de bande contact heeft met de weg zo groot is als een postzegel. Je hebt dus maar een klein stukje waar alle grip wordt geregeld.

Testen
Over testen gesproken. Ze hebben bij Pirelli veel getest met de banden om zeker te zijn dat het een band is die mee kan doen met de huidige topbanden die er al bestaan. Maar los van de techniek moest de band ook een goed gevoel geven. Dus de band moet niet alleen snel zijn, maar hij moet ook het gevoel hebben dat hij snel rolt en het gevoel geven dat je veel grip hebt waardoor je met vertrouwen bochten durft te nemen en hard durft te remmen. Dat is wel een leuke insteek. Omdat ze zoveel ervaring hebben opgedaan met het testen van auto- en motorbanden weten ze dat het testen van de fietsbanden ook erg uitvoerig moest gebeuren. Hiervoor gebruiken ze machines, maar ook in het veld op de fiets op het Pirelli testcircuit. Via sproeiinstallaties kunnen ze de baan natmaken om de band in natte condities te kunnen testen.

Wij mochten zelf ook buiten en op het circuit fietsen om de banden te testen. Allereerst is zo’n korte test niet representatief voor een echt oordeel. Ook omdat je rijdt op een fiets die je niet goed kent, op een weg die je ook niet kent. Je kan het zo moeilijker vergelijken met je andere banden waar je regelmatig op rijdt. Dit was dan ook meer een kennismaking met de band voor een eerste indruk. De bandendruk was bijvoorbeeld 6,5 bar terwijl ik zelf thuis toch met iets hogere bandenspanning rijdt op 25 mm banden. We reden met de P ZERO RR. Een paar punten die opvielen is dat de band snel aanvoelt en een fijne grip heeft, zeker ook op een nat wegdek. Ik heb hem nog niet tot het uiterste kunnen testen, maar de eerste indruk zorgt toch wel voor hoge verwachtingen. Ondanks dat ik toch wel enkele bochten wat harder heb genomen en ook met bepaalde afdalingen vol probeerde af te remmen, heb ik geen moment een kleine slippertje gevoeld. Ik ben benieuwd om ze onder mijn eigen fiets te monteren en om zo echt het verschil met andere banden te kunnen voelen. Ze hebben er in ieder geval alles aan gedaan om een fijne band op de markt te brengen en er lijkt met de P Zero een geduchte concurrent verschenen te zijn voor de gevestigde namen.

Op dit moment komen er drie versies van de band uit als clincher, maar ondertussen wordt er al hard gewerkt aan andere modellen. Zoals het er nu uitziet, wordt de verkoopprijs van de banden € 48,- per stuk. Per augustus zullen ze beschikbaar zijn.

Via Pirelli

BewarenBewaren

BewarenBewaren