Als je maanden na een evenement er nog over praat, dan kan je niet anders dan concluderen dat het geslaagd was. En dat geldt dan ook voor de Rapha Prestige Charleroi, die we met de redactie reden. De Prestige zijn ritten die door Rapha over de hele wereld worden georganiseerd. Ik schreef eerder al over Rapha Prestige Charleroi en Björn reed al eens De Rapha Prestige Eifel.

Zenuwen?

Met de redactie op pad is natuurlijk een feestje an sich, maar het evenement heet niet voor niets een Prestige. Er moet dus ook wel degelijk gepresteerd worden. Als we de route erbij pakken ziet dat er inderdaad wel uitdagend uit. Ongeveer 180 km, en zo’n 2500 hm. En dat allemaal over de typische wegen rond Charleroi. Dat wordt dus niet zomaar een rondje rondom Charleroi. De avond voor de Prestige begonnen de eerste vormen van zenuwen zich te tonen in ons knusse AirBnB verblijf. Mede door wat ‘inside info’ over de route, en dan vooral het wegdek, was de grote vraag wat het juiste materiaal zou zijn voor de rit.

Hendrik besloot om na het avondeten in elk geval nog een compleet nieuwe wielset te steken, terwijl ik me alleen maar druk maakte over hoe ik toch al mijn eten voor die dag moest mee krijgen. En Björn, die deed alle mogelijke moeite om de lampjes op z’n fiets te monteren. Aangezien de volgende ochtend erg vroeg dag was, werd er vanuit de organisatie ook gevraagd om lichtjes op je fiets te monteren.

Charleroi en de Abdij

De start en finish locatie van deze Prestige is de Abdij van Aulne in Thuin, grenzend aan Charleroi. Dat begint meteen al goed en als we rond de klok van 7.00 uur binnenstappen zien we tussen de wielrenners door de grote tanks met bier. Wijselijk besluiten we toch maar te beginnen met een kop koffie, terwijl de teamcaptains de laatste informatie krijgen in de briefing. Na de briefing worden de teams om de 2 à 3 minuten op pad gestuurd. Wij zijn rond de klok van 8.15 uur aan de beurt, dus kunnen we nog even rustig wakker worden en omkleden.

Inmiddels is het langzaam aan iets lichter geworden buiten, maar het weer is grauw en mistig. Op de thermometer staat 4 graden en de voorspelling beloofd niet veel meer dan een graad of 11 voor de rest van de dag. Drie lagen kleding, lange broek, handschoen en overschoenen aan. Behalve Bjorn, die een korte broek wel voldoende vindt voor deze temperatuur…

De grootste uitdaging; het wegdek

Onder aanmoedigingen van de organisatie gaan we met z’n drieen op pad. Een team mag uit maximaal vier personen bestaan, maar Team Racefietsblog bestaat voor vandaag uit drie man. Rustig beginnen is er niet bij, want vanaf de Abdij loopt de weg (of althans, iets wat er op moet lijken) direct omhoog. En daarmee is de toon ook direct gezet. Het stuitert en rammelt en dan gaat het ook nog 2,5 km heuvelop. Als we vervolgens links het bos in worden gestuurd, over een modderig slijk-pad heb ik spontaan een ochtendhumeur. Het zou een tocht zijn geschikt voor 28 mm banden. Als dit het is vandaag, wordt het een heel lange dag ben ik bang.

Oké, het moet natuurlijk wel een uitdaging zijn en als je na 4 km al vies bent, maakt het ook niet meer uit wat je de andere 176 km nog tegen gaat komen. En zo dokkeren we verder over de route. Letterlijk dokkeren, want bollen doet het niet. Nergens. Hulde aan de organisatie om zoveel slechte wegen aan elkaar weten te plakken voor deze route. Nu is het vinden van slecht wegdek in België niet direct de grootste uitdaging, het fietsen eroverheen is dat zeker wel.

Er zat zelfs een stuk offroad in de route

Zo lelijk, dat het mooi wordt

Het mooie van België vind ik de tegenstellingen. De mooie omgeving en de heuvels van de Ardennen tegenover de grauwe industrie die je rondom Charleroi erg veel ziet. De route is een aaneenschakeling van heuvels en soms steile beklimmingen van de Ardennen, afgewisseld met oude vervallen gebouwen en grauwe steden. Soms zo lelijk, dat het weer mooi wordt. Charleroi ligt net buiten de Ardennen, maar vanaf de Abdij rijden we er zo heen. En nagenoeg de hele route voert ons door deze streek. Zo lelijk dat het mooi wordt, is misschien wel de beste omschrijving van deze Prestige. 180 km en 2500 hm klinkt als een pittig maar leuke rit, maar het wegdek maakt deze tocht onvergetelijk en heroisch. België op z’n best!

Gezelligheid na 100 km

Na een kleine 100 km is er een pauze, waar de welbekende Rapha bus ons opwacht. Even de benen strekken, een espressootje drinken en de bidons weer bijvullen. Genoeg eten en drinken, en winegums! De Inside info over de route heeft ons wellicht op scherp gezet, want het materiaal was in orde. We hebben geen enkele lekke band gehad. Dat gold zeker niet voor veel andere teams, die we regelmatig langs de kant zagen staan met lekke banden. Als ik vooraf had geweten dat het wegdek zo slecht was, had ik misschien wel de gravelbike gepakt. Maar eerlijk is eerlijk, dan was de uitdaging van de route lang niet zo groot. Het is een Prestige, dus een beetje lijden hoort erbij. Pain is for cyclists!

Speciaalbier als beloning

Na 183 km en 2486 hm zet ik de Wahoo na 7 uur en 37 minuten stop, en zijn we weer terug bij de Abdij. Nu het licht is, zien we pas de enorme ruïne van het klooster dat het ooit was. En waar we begonnen met koffie tussen de biertanks, is het nu tijd om de inhoud van diezelfde biertanks te proeven. Een lekker en verdiend blond speciaalbiertje, gebrouwen in de Abdij. Onder het genot van een hapje en drankje druppelen één voor één de teams binnen en de (sterke) verhalen vliegen al snel over de tafel. Van een kapotte derailleur, tot vijf lekke banden en pauze in de lokale buurtkroeg onderweg. Prestige-waardige verhalen van een tocht zo lelijk, dat het te mooi is om te missen.

Onze rit kan je terugvinden op Strava. Via de pagina van de Rapha Prestige kan je terugkijken op eerdere Prestiges en zal er ook informatie worden gedeeld voor de Prestiges van 2022. Volgend jaar zijn wij zeker weer van de partij.

Hieronder nog even genieten van de variatie in ondergronden.

Letterlijk het enige stukje mooi asfalt