Hoewel ik mijn fiets een racefiets noem, had ik ‘m tot voor kort nog nooit gebruikt waar ‘ie voor bedoeld is: racen. Ik heb er mee geklommen, getoerd, bij plaatsnaam bordjes mee gesprint en ben er mee gevallen, maar racen leek altijd wat ver weg en voor anderen. Totdat ik vorig jaar Start to Race online tegenkwam. Een enthousiast groepje jongere wedstrijdfietsers die de meer fanatieke toerders zoals ik veilig aan de start van een eerste wedstrijd willen afleveren. Dat klonk veelbelovend en dus volgde ik een serie clinics waarbij verschillende elementen aan bod kwamen waar je wat aan hebt tijdens een wedstrijd.
Maar door omstandigheden kwam die eerste wedstrijd er maar niet van, terwijl ze wel elke week verreden worden in de buurt van Amsterdam. Jammer natuurlijk en gelukkig zat er een paar weken geleden opeens een bericht in mijn mailbox over de Omloop van Ijburg, een initiatief om de lokale wedstrijden op de openbare weg die vroeger overal verreden werden nieuw leven in te blazen. Start to Race ‘sponsorde’ de funkoers en ik voelde dat dit mijn debuut zou zijn.
Eerst even opfrissen
Maar vooraf was het tijd voor een opfrisclinic van zo’n 2,5 uur. Op een behoorlijke natte zondag meldde ik me weer op het afgesloten wielerparcours in Amsterdam Noord. Helaas bleek de ochtendgroep net helemaal weggespoeld te zijn en stonden de coaches er wat verzopen bij langs de baan. Voor de deelnemers van de opfrisclinic stond er een aantal spannende onderwerpen op agenda zoals ‘demarreren kun je leren’ en tegen elkaar aanrijden. Al snel pik ik een en ander weer op en is het tijd voor het onderdeel: botsen. Geheel tegen je natuurlijk leer je hoe het voelt als je iemand raakt met je lichaam, een wiel of je stuur. Heel prettig om dit in een veilige omgeving te oefenen en te ervaren met mensen die weten waar ze mee bezig zijn. Fietsen blijkt opeens een contactsport te zijn! De middag vliegt voorbij en de baan droogt op. We eindigen met wat demarreer-oefeningen en het tempo wordt langzaam opgeschroefd. Een mooie warm up voor de wedstrijd de week erna.
Het is koers!
In de week voor de wedstrijd merk ik dat mijn eigen spanning stijgt, tof om te merken dat je na jaren fietsen toch nog wakker kunt liggen van een rondje. Het gaat zelfs zo ver dat ik het rondje ga verkennen nadat ik op Youtube al een GoPro filmpje vond van het parcours. Voorbereiding is alles zullen we maar zeggen. Dan is het eindelijk zondag en is het weer heerlijk Hollands. Winderig, half zonnetje, maar gelukkig droog. Bij aankomst herken ik meteen gezichten van de vorige serie clinics en is de sfeer nog redelijk ontspannen. Nummer opspelden, fiets checken, ik geloof dat ik er klaar voor ben. Met zo’n 25 rijders (mannen en vrouwen) staan we aan de start en ik betrap me er toch op dat ik stiekem de concurrentie aan het inschatten ben, dit wordt geen walk in the park. We rijden eerst twee rondes geneutraliseerd om iedereen veilig op snelheid te krijgen, één van de heren van Start to Race rijdt voorop, en dan blijkt dat ik het totaal verkeerde rondje verkend heb, so much voor de voorbereiding. Na de tweede keer over start en finish gekomen te zijn, barst de wedstrijd meteen los, we hoeven immers maar 10 rondjes van 1,7 kilometer. Het tempo vliegt samen met mijn hartslag omhoog en bij de eerste bijna haakse bocht is het goed wringen. Opeens ben je niet meer gezellig aan het rondrijden maar staat de adrenaline tot aan je oogkassen, wat een rush! Er valt een gaatje en ik krijg het ronden lang niet dichtgereden. Samen met een bekende van de clinics rij ik in een pure chasse patat rond, de kopgroep blijft op een paar honderd meter voor me rijden. Frustrerend, maar ook prima, want zo kan ik me nog beter concentreren op bochten optimaal aansnijden en zo min mogelijk snelheid verliezen. Uiteindelijk sprint ik een ronde te vroeg voor een goed finishplek (de bel de ronde ervoor bleek voor een andere deelnemer) en eindig ik ergens halverwege het deelnemersveld. Mijn hart gaat tekeer en ik heb lang geleden zo’n spannend half uur beleefd. Het ging nergens om behalve de eer, maar voor mijn gevoel was het de belangrijkste rit ooit.
Conclusie
Wedstrijd rijden is iets anders dan toeren, zelfs al zoek je daar de uitdaging op. Het gaat sneller, het is gevaarlijker, spannender en geeft veel voldoening. Het idee achter Start to Race spreekt mij heel erg aan en ik ben blij dat in een aantal lessen veel zelfverzekerder aan de start van mijn eerste koers(je) stond. Natuurlijk heb ik nog een hele lange weg te gaan als wedstrijdrijder, maar ik voelde me wel even een ‘echte’ wielrenner. Er staan dan ook zeker nog meer trainingskoersjes op het programma. Mocht je ook toe zijn aan een nieuwe uitdaging op fiets-gebied, dan is een traject als dit ideaal. Je bouwt vertrouwen op, leert in een veilige omgeving nieuwe vaardigheden en hebt ondertussen nog veel plezier ook.