Om 12:50 uur zal de Fabio Sabatini de eerste renner zijn die van het startpodium rolt. De kans bestaat dat de winnaar van afgelopen jaar aan het eind van de dag wederom in de ‘Maglia Rosa’ op het podium staat. Tom Dumoulin zal, met rugnummer 1, als titelverdediger de laatste renner zijn die om 15.45 uur begint aan de tijdrit. De tijdrit van 9,8 kilometer over glooiend terrein is er een die de wereldkampioen tijdrijden goed ligt.
Tweede en derde etappe
Misschien een beetje een chauvinistische gedachte, maar het is zeker niet onmogelijk. De tijdrit in Jeruzalem is de eerste van drie etappes die plaatsvindt in Israël. Etappe twee en drie zijn op papier vlakke etappes waar de sprinters voor hun kansen kunnen gaan. Hierbij is de temperatuur wel iets om rekening mee te houden aangezien ze dwars door de woestijn gaan, waarbij het kwik zal stijgen tot rond de 40 graden. Nu ben ik niet heel bekend in Israël maar misschien bieden de open vlaktes van de woestijn wel kans op waaiers. Etappe twee zal eindigen in Tel Aviv en voor de derde etappe is Eilat de finishplaats. De etappe naar Eilat is er een van maar liefst 229 kilometer.
Vierde, vijfde en zesde etappe
Maandag 7 mei is de eerste rustdag en tevens een reisdag. De hele karavaan zal van Israël naar Sicilië vliegen, waar dinsdag 8 mei de vierde etappe van start zal gaan. De renners gaan in drie etappes het hele eiland rond, waarbij de nodige hoogtemeters moeten worden overwonnen. In etappe vier naar Caltagirone zal het de hele dag op en af gaan waarbij de finish na 198 km bergop zal zijn. Geen lange beklimming, maar een klim voor de explosieve klimmers. De laatste kilometer is gemiddeld 8,5% maar bevat uitschieters tot 13%. Etappe vijf is een stuk korter en ook de klim op het eind is iets milder. De een-na-laatste kilometer heeft een uitschieter tot 12% waarna de laatste kilometer relatief vlak is. Het doet een beetje denken aan de finish van de Amstel Gold Race, en dan weet je ook welk type renner hier grote kans maakt om juichend de lijn te passeren. Etappe zes, de laatste op het eiland, zal de eerste echte finish bergop zijn. De Etna vormt het strijdtoneel waar na 164 km de streep is getrokken. Hopelijk zal dit de eerste etappe worden waar de favorieten voor de eindzege de strijd met elkaar aangaan. Vorig jaar zat deze klim ook vroeg in de ronde, echter was de wind te overheersend aanwezig waardoor de aanvallen van klassementsrenners uitbleven.
Zevende, achtste en negende etappe
Vanaf het eiland gaan de renners voor de start van etappe zeven, waar een typische sprint etappe ligt. Een etappe van ruim 200 kilometer langs de kust. Op 1800 meter voor de finish is er nog een bocht, waarnaar de sprinters in een lange rechte lijn op de streep afsprinten. De achtste etappe loopt ook voor het grootste deel langs de kust. De laatste kilometers zullen richting het binnenland gaan, waar de renners weer een finish bergop staat te wachten. De klim naar Montevergine di Mercogliano is goed voor 17 km klimwerk aan een gemiddelde stijging van 5%. De 225 km lange etappe negen zal er, net als de voorgaande etappe, een zijn waar de sprinters niet warm voor draaien. Veel klimmen en wederom een finish bergop. Ruim 26 km klimmen naar Gran Sasso d’Italia. Een klim die onderweg veel momenten heeft waarbij het vlakker wordt of daalt, maar of dit ruimte geeft om te herstellen moeten we afwachten. De laatste 4,5 km zijn goed voor een gemiddelde van ruim 8% waarbij de maximale stijging tot 13% zal oplopen. En dat terwijl er onderweg naar de slotklim ook al twee pittige klimmen moeten worden overwonnen. De dag na etappe negen is het tijd voor de tweede rustdag.
Tiende, elfde, twaalfde en dertiende etappe
Het is te hopen dat de renners deze rustdag goed verteren, want vanaf het vertrek krijgen ze in etappe tien direct een pittige klim voorgeschoteld. Na de start zal het vrij snel omhoog gaan voor de 16 km beklimming van de Fonte Della Creta. Neemt niet weg dat dit een etappe is waarbij sprinters toch een grote kans hebben. In totaal is de etappe 239 km lang en na de klim is het een glooiend terrein tot de finish, die lichtjes heuvel af gaat. Gezien de route kaart van de laatste kilometers kan het een hectisch dagje worden voor de sprinters, want het is veel draaien en keren door het dorpje Gualdo Tadino. Etappe elf is gelukkig voor de renners een stuk korter met 156 km. Echter zit het venijn hier in de staart tijdens de klim die eindigt in het dorpje Osimo. Het ziet eruit als een typisch Italiaans dorpje met een venijnige klim richting de oude dorpskern. Uitschieters tot 16% en kasseitjes als ondergrond maken dit weer een etappe om naar uit te kijken. Etappe twaalf en dertien kunnen het best bestempeld worden als overgangsetappes waarbij de sprinters aan het werk kunnen. Ongetwijfeld zal er een groepje vroege vluchters op pad gaan, maar bij deze etappes weet je zeker dat zij teruggepakt gaan worden door de ploegen van de sprinters.
Veertiende, vijftiende en zestiende etappe
Zoals we inmiddels gewend zijn van de Giro d’Italia bewaren ze het grootste spektakel tot het laatst. Bij het ingaan van de laatste week pakt de organisatie in etappe veertien meteen uit met de Monte Zoncolan als slotklim. Als opwarming zullen de renners onderweg eerst vier klimmen van de 2e en 3e categorie bedwingen om na 176 kilometer te starten aan de Monte Zoncolan. Een klim van 10,1 km met een gemiddelde van 11,9%. Met name het midden gedeelte van de klim zal erg zwaar worden, waarbij het gemiddelde tussen kilometer 2 en kilometer 8 van de klim ruim boven de 14% ligt. Hierbij zijn uitschieters boven de 20% geen uitzondering. Ziet er uit als een koninginnenrit, maar die titel gaat denk ik naar etappe negentien.
Etappe vijftien gaat naar Sappada en zal de renners wederom over vijf beklimmingen sturen. Beklimmingen uit het middelgebergte en de finish na 176 km. De laatste kilometer is vlak, maar de vijf kilometer die daaraan voorafgaan is een klim met een gemiddelde stijging van rond de 5%. Op dinsdag 22 mei zullen de tijdritfietsen weer uit de vrachtwagen worden gehaald voor de tijdrit van Trento naar Rovereto. Net iets meer dan 34 kilometer over een vlak parcours tegen de klok.
Zeventiende, achttiende en negentiende etappe
De zeventiende etappe zal voor veel Nederlanders bekend terrein zijn als de renners van het Gardameer richting het Iseomeer rijden. Een aantal klimmetjes uit het middelgebergte met een plaatselijke ronde van net geen 24 km. Een etappe die op papier gereserveerd lijkt voor de sprinters. Tenminste, als deze nog aanwezig zijn na het vele klimwerk. Met de finish bovenop Pratonevoso is dit wederom een etappe voor de klimmers. Een lange aanloop met een slotklim van ongeveer 14 km met een stijging van gemiddeld 6,9%. Een ideale etappe voor avonturiers die, mits geen dreiging voor het klassement, hier wellicht hun kans kunnen grijpen. Zoals eerder aangegeven lijkt etappe negentien de koninginnenrit te zijn. In totaal 184 km waarvan er maar liefst 70 omhoog gaan. Tijdens deze etappe gaan de renners onder andere over de Colle Delle Finestre en ligt de finish in Bardonecchia op ruim 1900 meter hoog. De Colle Delle Finestre is een klim met een gemiddelde stijging van boven de 9% en de top ligt op 2178 meter hoog. Dit is tevens de Cima Coppi; het hoogste punt van de Giro dit jaar. Voordat de renners dit hoogste punt bereiken zullen ze ongeveer 8 km over een gravelpad rijden. De Colle Delle Finestre is slechts tot de helft geasfalteerd. Na de Cima Coppi volgt nog de klim naar Sestrière en aansluitend de slotklim naar het fort de Jafferau in Bardonecchia. Na de koninginnenrit kunnen ze in het eerste gedeelte van de een-na-laatste etappe relatief rustig aan doen. De eerste 120 km zijn relatief vlak waarnaar de renners nog drie klimmen van de zwaarste categorie krijgen voorgeschoteld. Totaal goed voor zo’n 50 klimkilometers waarbij de renners voor het klassement nog een laatste mogelijkheid krijgen om te zorgen voor verschuivingen.
Rome en laatste etappe
De laatste etappe dit jaar is een historische, aangezien ze rondom het Colosseum rijden. Dit betekend dat de Giro d’Italia dit jaar eindigt in Roma, in plaats van Milaan. In de 101-jarige geschiedenis van de Giro d’Italia is dit slechts twee keer eerder gebeurd. Het plaatselijke rondje is 11,8 km lang en voert langs verschillende historische hoogtepunten in Rome. In totaal tien ronden, waar het waarschijnlijk zal eindigen in een sprint.
Het klassement en de Nederlanders
Veel ogen zullen gericht zijn op Tom Dumoulin en samen met Chris Froome is hij een van de topfavorieten. Froome is voornemens om zijn derde grote ronde op rij te gaan winnen. Na de dubbel van de Tour en de Vuelta wil hij nu ook de Giro achter zijn naam schrijven. Wout Poels zal daarbij een van zijn belangrijkste knechten zijn. Namen als Thibaut Pinot, Simon Yates, Esteban Chaves, Fabio Aru en Georg Bennet zullen alles uit de kast halen om deze heren uit het roze te houden. Deze heren zullen allen starten met klassement ambities en ongetwijfeld zullen er namen op de deelnemerslijst staan die ik hierin vergeet te noemen. Daarbij zullen er ook renners zijn die zonder verwachtingen afreizen naar Jeruzalem en gedurende de ronde hun doelen en ambities gaan bij stellen. Robert Gesink zal deze Giro voor de etappes gaan, maar wat als George Bennet kans maakt op het podium? In dat geval is de kans groot dat hij zijn etappe ambities moet laten varen. En zo zal dit ongetwijfeld ook gelden voor andere Nederlanders als Koen Bouwman en Sam Oomen. Beiden overigens twee heren die qua leeftijd kunnen strijden voor de witte jongerentrui. Twee heren die wellicht meer kans krijgen om voor eigen kans te rijden zijn Maurits Lammertink (Katusha – Alpecin) en Boy van Poppel (Trek – Segafredo). Deze twee teams lijken op papier niet direct een klassement kandidaat te hebben waardoor er meer kansen liggen om voor eigen succes te rijden.
Het mooie van de Giro d’Italia vind ik de onvoorspelbaarheid. Door het enorm zware parcours, met wederom een aantal onbekende maar heftige beklimmingen, is het lastig om te voorspellen hoe de ronde zal lopen. De eerste roze trui zal door een tijdritspecialist worden gedragen. Dit zou direct Froome of Dumoulin kunnen zijn, maar ook namen als Rohan Dennis, Tony Martin en Victor Campenaerts zullen de dag van vandaag al lange tijd in hun hoofd hebben. De dagen erna zullen sprinters als Viviani, Bonifazio, van Poppel en Ulissi alles uit de kast halen om als eerste over de streep te rollen. De eerste twee etappes op Sicilië lijken geschikt voor de explosieve klimmers. Hierbij zullen mannen als Pozzovivo, Betancur en Battaglin proberen juist te timen voor de perfecte jump bergop. Daarna is het op de Etna afwachten of er favorieten zullen gaan aanvallen, of dat er juist al onverwachte verschillen in het klassement gaan ontstaan. Deze verschillen zullen zoals altijd de koers bepalen. Ook voor de aanvallers is dit van groot belang. Laat men ze rijden of laat men ze zwemmen? Wanneer het klassement het toelaat is het zeker niet ondenkbaar dat de etappes door het middel en hooggebergte worden gewonnen door renners uit een vroege vlucht. Daarnaast zijn er tijdens de Giro d’Italia ook altijd een groot aantal minder bekende Italiaanse renners die voor eigen volk verrassend uit de hoek kunnen komen.
De Giro d’Italia is dagelijks live te zien op Eurosport.