Komende zondag is het zover: De Ronde. De hoogmis der voorjaarsklassiekers, monument der monumenten.

Voor de UCI maakt het allemaal niet uit hoeveel historie en folklore er rondom ’n koers bestaat, de punten voor de winnaar zijn hetzelfde als de andere World Tour wedstrijden.

Maar fietsliefhebbers zijn natuurlijk geen UCI. Wij houden van het drama, de glorie voor de winnaar en de pijn die komt kijken bij het fietsen in de Vlaamse Ardennen. De Kwaremont, Tiegemberg, Taaienberg, Kruisberg en bijvoorbeeld de Paterberg zijn namen waar een wielerhart bijna van overslaat. Rijen dik staan de fans zondag langs de beroemde hellingen met hun geel/zwarte Vlaamse leeuwen in vol ornaat wapperend. Terecht zijn de Vlamingen natuurlijk trots op hun ronde. Weinig koersen kennen zo’n rijke historie.

Net zoals veel koersen aan het begin van de vorige eeuw, stond een krant (Sportwereld in dit geval) aan het begin van het verhaal. De eerste rondes stelden eerlijk gezegd maar weinig voor. Als een soort van tegenwicht tegen de Waalse ‘klassiekers’ zoals Luik-Bastenaken-Luik veroverde de Ronde maar weinig harten in de begindagen. Slechts een handjevol renners verscheen aan de start in 1913 toen de ronde voor het eerst plaatsvond. Wat een schril contrast met 2013. Elk jaar lijkt de hype en discussie rondom de Ronde aan te zwellen. Het verdwijnen van de Muur van Geraardsbergen recentelijk bracht hele volksstammen in rep en roer.

Pas sinds 1955 mogen rijders rekenen op steun van hun ploegen. Daarvoor moest je het zelf maar uitzoeken. Lekke banden, extra kleding, laat staan een wiel vervangen, alles moest je zelf doen als renner. Kom daar vandaag de dag nog maar eens om. In die dagen was het ook heel gewoon dat het peloton voorafgaand aan de wedstrijd gezamenlijk de kerk bezocht in Gent, de toenmalige startplaats. Zondag start de koers in Brugge en finishen we in Oudenaerde, niet ontoevallig de plaats waar je als liefhebber terecht kunt in het Centrum Ronde van Vlaanderen, een mooi uitje met volop historie en inspiratie voor je eigen ‘ronde’. Ook dit jaar bestaat de finale uit drie rondes rondom Oudenaerde waarin de bijna heilige 17 hellingen zijn opgenomen. De ‘oude’ Kwaremont en de Paterberg staan zondag maar liefst 3 keer op het programma. Hiermee lijkt de organisatie vooral de kijkers op deze hellingen een plezier te doen, of het een ‘mooiere’ wedstrijd oplevert valt nog te bezien.

Legendarische edities zijn er volop. Merckx won er meerdere malen, Museeuw zat altijd vooraan, en soms kwam er slechts een handvol renners over de finish, zoals in 1985 toen Eric Vanderaerden ‘m won. 24 renners wisten ’t slechts te redden. Nederland bezet (zoals bij wel meer voorjaarsklassiekers) de derde plaats in het landenklassement. Alweer is Adri van der Poel ons laatste troef in 1986.

De uitkomst van dit jaar voorspellen lijkt wellicht eenvoudig, maar dat is niets in de Ronde, dus dat ook niet. Peter Sagan lijkt de beste kaarten te hebben. Hij presteert tot nu toe in vrijwel elke wedstrijd die hij rijdt. Maar ja, waar kan hij zijn finish nog mee opleuken nu we zijn wheelie al gezien hebben tijdens Gent – Wevelgem? Misschien een stoppie? Tom Boonen viel in die wedstrijd, de Vlaamse pers volgt elke beweging van Tommeke, want hij zou de eerste renner ooit met een vierde overwinning kunnen worden. Ter voorbereiding fietst hij mee in de Driedaagse De Panne Koksijde. Vorig jaar was hij Filippo Pozzato maar net te snel af in de eindsprint na een bewogen koers met veel valpartijen. Mocht Boonen ’t ‘m flikken dan is ‘ie ook in één klap een ‘echte’ grote jongen, en zal ‘ie in geen enkele kroeg in Vlaanderen ooit nog zijn pintje hoeven af te rekenen. En dan Cancellara, hij stapte afgelopen zondag af na zijn machtsvertoon in de de E3 Harelbeke. Bluf? Sparen? Wie zal het zeggen, maar deze drie zul je zeker in de finale voorbij zien komen. Kijken kan natuurlijk weer bij de NOS of Sporza en is live te volgen via de Flanders Classic app!

vorig jaar: